Welzijn is een belangrijk beleidsdomein in Vlaanderen. Niet alleen omdat een groot deel van het overheidsbudget aan welzijnsdiensten en -voorzieningen uitgegeven wordt, maar ook omdat het een beleidsdomein is waar heel veel mensen mee in contact komen, hetzij rechtstreeks (bv. via kinderopvang of hulpbehoevende ouder), hetzij onrechtstreeks (bv. via kennissen met een kind met een beperking). Het welzijnsbeleid is echter ook een uiterst complex gegeven. Er wordt een brede waaier aan dienstverlening uitgebouwd voor de meest diverse doelgroepen, gaande van gezinnen, over personen met een handicap, kansarmen en minderheden, tot bejaarden. De organisatie van die dienstverlening is nog complexer. Er zijn diverse bestuursniveaus (federale overheid, Vlaamse overheid, lokale overheden) betrokken bij het welzijnsbeleid, en de dienstverlening wordt gerealiseerd door de meest diverse actoren, gaande van overheidsinstanties, over private non-profitorganisaties, tot commerciële dienstverleners. In een dergelijk kluwen is het soms moeilijk om door de bomen nog het bos te zien.Dit boek probeert om op een overzichtelijke en toegankelijke manier klaarheid te scheppen in die complexiteit. Het is in de eerste plaats geschreven voor studenten, beleidsmakers en dienstverleners in het brede veld van het welzijnsbeleid. Door de belangrijkste ontwikkelingen, de bestuurlijke organisatie, de vormen van dienstverlening en de uitdagingen in de verschillende sectoren van het welzijnsbeleid te schetsen en met elkaar te vergelijken, wil het de lezer een diepgaand inzicht in het welzijnsbeleid en de organisatie ervan bijbrengen.