correctiemechanismen op absolute bevrijdende verjaring in het belgische privaatrecht
olivier roodhooft
Het principe van absolute bevrijdende verjaringstermijnen is essentieel om rechtszekerheid voor de schuldenaar en de maatschappij te waarborgen. Nochtans brengt dit principe in uitzonderlijke gevallen ook onbillijke gevolgen met zich mee voor de schuldeiser. Er is dan ook nood aan correctiemechanismen op absolute bevrijdende verjaringstermijnen die een belangenafweging tussen schuldeiser en schuldenaar mogelijk maken en eventuele onbillijke gevolgen corrigeren.In het Belgische vigerend recht zijn er zowel in de wet, de rechtspraak als de rechtsleer meerdere alternatieven en correctiemechanismen terug te vinden. Dit onderzoek toont aan dat de bestaande correctiemechanismen en alternatieven niet volstaan omdat zij zeer gefragmenteerd, bediscussieerd en onvolledig zijn. Het opzet van dit onderzoek is dan ook om uit een ruimere studie een alternatief systeem van correctiemechanismen te formuleren.Om tot dit laatstgenoemde systeem van correctiemechanismen te komen, start dit onderzoek bij de in overweging te nemen belangen om vervolgens de stap naar een concreet juridisch aanknopingspunt te zetten. Door een rechtsvergelijkende benadering met de Nederlandse gezichtspuntentheorie worden zeven relevante belangen en een onderlinge hiërarchie geformuleerd.De auteur argumenteert dat een aanknopingspunt voor deze belangenafweging naar Belgisch recht ligt in de proportionaliteitstoets van het verbod op rechtsmisbruik. Indien deze rechtsfiguur wordt gehanteerd als aanvullend globaal correctiemechanisme naast de bestaande punctuele correctiemechanismen, komen we tot een systeem van correctiemechanismen dat de partijbelangen voldoende in overweging neemt en bij manifeste onbillijkheden de gewenste correctie doorvoert.